maandag 22 juli 2019

22 juli Vikhammer - Trondheim. 23.3km

We zitten lekker in de tuin van het Pelgrimsonderkomen in Trondheim.
Rond 16.00uur stapten we hier de drempel over om het laatste stempel in ons paspoort te krijgen vergezeld van een mooi Olavsbrevet, het bewijs dat we, in ons geval, meer dan 600km hadden gelopen over het Olavspad tussen Sundsvall en Trondheim.
Na een goede nachtrust wandelde Sieb al om 7.15uur richting supermarkt voor een ontbijt en voor iets lekkers bij de koffie.
We ruimden de boel op, deden de rugzakken op en verlieten de Stabur.
Afgelopen nacht had het pijpenstelen in het kwadraat geregend, alsof er een kraan daarboven was opengedraaid, kletterde de regen op het dak, de overkant van het fjord was niet meer te zien geweest.
Maar nu zag de wereld er heel anders uit.
De zon kwam voorzichtig door de wolken heen, het was droog en ongeveer 18 graden.
De straten en het gras waren nat, plassen hier en daar maar het rook zo lekker fris, heerlijk.
Eigenlijk liepen we de hele dag op verharde wegen, ook wel weer lekker na al die “worstelpaden”.
Het fijne was dat we tot een paar kilometer voor we bij de kathedraal waren, langs het fjord liepen.
De tel zijn we kwijtgeraakt maar er stonden op die ruim 20km veel meer picknickbankjes dan op het hele traject van Sundsvall naar hier.
We hebben het vandaag langzaamaan gedaan anders waren we te snel uitgewandeld.
Een kopje koffie op het ene bankje, uitrusten op het volgende bankje, lunch op het andere bankje en weer een bankje voor het fantastische uitzicht op het fjord.
Zo slenterden we de dag door.
We kozen ervoor niet de officiële route te lopen maar om zolang mogelijk langs het water te lopen.
Na het ziekenhuis gingen we pas de stad in.
Het ziekenhuis bestond uit een flink aantal monumentale panden in een groot park.
We konden er gewoon doorheen wandelen en genieten van de zorgvuldig gerestaureerde gebouwen en een rouwkamer in de vorm van een klein gerestaureerd kapelletje.
Op weg naar het centrum van de stad passeerden we een enorme hoeve met een groot woonhuis, veel stallen en een schuur met een toren met klok op het dak.
Volgens ons was het een Rijksmonument maar de uitleg was alleen in het Noors, voor ons niet te begrijpen helaas.
Na nog een paar heuvels kwamen op bekend terrein.
We herkende een pad wat we vorig jaar naar het ford hadden gelopen en wisten hoe we naar de kathedraal moesten komen.
Een voorbijgangster maakte een foto van ons bij de 0km paal waarna we ons lieten registreren in het Pelgrimskantoor.
Nadat onze pelgrims-paspoorten waren gecheckt, werden al onze gegevens nauwkeurig in een register opgeschreven, kregen we het laatste stempel en werd het Olavsbrevet ingevuld.
We kregen twee glasspelden die we op een grote wereldkaarten prikten ergens tussen Zandvoort en Amsterdam.
We hadden een kamer geboekt in het Pelgrimsonderkomen, knapten ons wat op en liepen om 17.50uur naar de kathedraal waar een Pelgrimsmis werd verzorgd.
De organist had er echt zin in vanavond, er kwam geen eind aan de vooral bas-tonen waar hij duidelijk dol op was.
Had ik m’n oordoppen maar meegenomen!
De priester deed de mis in het Noors en Engels, noemde de landen op waar de wandelaars vandaan kwamen en nodigde iedereen halverwege de mis uit om een kaarsje te branden.
Ik had er wel tien willen opsteken maar hield het er bij één, morgen de overige.
Nadat we afscheid hadden genomen van Cora en Richard, waarmee we vooral het stuk in Noorwegen regelmatig waren opgetrokken, zat onze tocht erop.







Foto’s 22 juli